Indrukwekkend Lalibella en hectisch regelwerk
Door: Marja
Blijf op de hoogte en volg Marja & Paul
20 Oktober 2011 | Ethiopië, Addis Abeba
De eerste week dat we in Addis ababa waren regende het erg veel zodat we weinig buiten kwamen. De stad is hoog in de bergen gelegen en dit maakt de regio ook behoorlijk fris. Tussen de buien door gingen we op pad voor auto onderdelen. Aangezien we alleen in Ethiopie al 9 lekker banden hadden gehad moesten er een paar nieuwe banden komen. Hij ging ook met Wobbel naar de Mercedes garage om het rare geluidje te laten nakijken. Een beetje moedeloos kwam hij hiervan terug. De garage houder had hem verteld dat de druk niet meer goed was en dat de motor elk moment zou kunnen vastlopen. Eigenlijk zou er een nieuwe motor in moeten en dit zou erg veel geld kosten. Na nog wat gesprekken met mensen die er verstand van hebben, besloten we dit uit te stellen tot India. We hoefden nog maar 800 km naar Djibouti en dit zou onze Wobbel toch nog wel redden.
Luca en Sameena waren al een lange tijd in Ethiopie en hun visa verliep. Nadat we informatie ingewonnen hadden bij de Ethiopische scheepsmaatschappij, vertrokken hun alvast naar Djibouti. Het schip zou ongeveer 22 oktober vertrekken en wij zouden hen volgen zodra we in Ethiopie klaar waren.
In Ethiopie zijn zonder Lalibella te zien was echter geen optie. Om Wobbel wat rust te gunnen vlogen we hier met een goedkope binnenlandse vlucht naartoe. Toen we de enorme steile helling naar het dorp opgingen waren we blij met deze beslissing. Lalibella is de toeristische trekpleister van Ethiopie. 600 jaar geleden heerste koning Lalibella over dit gebied. Deze koning ontworp een plan om kerken uit de rotsen te hakken. Nu staan er 11 indrukwekkende kerken die allemaal uit een stuk rots gehakt zijn. De werkers begonnen boven te hakken en werkten naar beneden. De kerken zijn allemaal onder de grond gebouwd met daaromheen een wirwar van gangen. Elke dag worden de kerken nog gebruikt en zijn er diverse ceremonies. Het gezang van de priesters is bijna de hele dag te horen door een versterker zodat het hele dorp mee kan luisteren. In een van de kerken kwamen we binnen tijdens een soort van geest uitdrijving bij een jonge vrouw. Dit was best angsaanjagend om te zien, of eigenlijk vooral om te horen. De jonge vrouw gilde alsof ze vermoord werd terwijl de priester al biddend om haar heen liep. Om alles goed te kunnen bekijken hadden we zeker 2 dagen nodig. En na een dag zwerven door de kerken genoten we op een terras van de Ethiopische fruitdranken. Zo worden ze in ieder geval genoemd maar het zijn eigenlijk meer fruithapjes die je op moet lepelen. Heerlijk!
In ons hotel kwamen we op een avond twee leuke Argentijnse meiden tegen die we in Addis ook al ontmoet hadden. Met hen gingen we de volgende dag een berg beklimmen waar een klooster bovenop stond. Het klooster gingen we niet in omdat dit weer entree geld kosten. De tocht door de bergen was alleen al zeer de moeite waard.
Terug in Addis Ababa gingen we eerst naar de Ambassade van India. Helaas hadden we nog niet alle papieren bij elkaar en werden we met de formulieren weer weggestuurd. Het was nogal uit het centrum en we wilden een taxi taxi terug nemen. Er was niet heel veel keus in dat gebied en we stapten in een oude lada met een kapotte voorruit die aangeduwd moest worden. De rit duurde lang omdat de chauffeur een keer hard op de rem moest en de motor weer afsloeg. Even later werd de taxi aangehouden door een agent en opnieuw sloeg de auto af. Het was wel erg leuk om te zien dat alle omstanders zonder aarzeling klaarstonden om de auto aan te duwen. Omdat we voor sluitingstijd bij de Ambassade van Djibouti wilde zijn besloten we na de vierde keer afslaan toch maar over te stappen in een andere taxi. De chauffeur begreep hier helemaal niks van.....
Eenmaal terug van de Ambassade kregen we telefoon van Luca. De Ethiopische scheepsmaatschappij in Djibouti was erg traag en vaag met infromatie over de boot. Nu hadden ze daar een Italiaanse maatschappij ondekt die ook naar India ging. Niet naar Mumbai maar naar Mundra, een kleine privehaven in het noorden. De boot zou 9 oktober vertrekken dus als we ook mee wilden moesten we binnen 3 dagen daar zijn. Omdat we het toch wel prettig vonden om samen te verschepen en nog een poosje in India met de Italianen te reizen besloten we dit te doen. Eerst moesten we het visa voor Djibouti hebben wat in een dag geregeld zou zijn. Toen hij de volgende dag onze paspoorten wilde ophalen kreeg hij te horen dat de Ambassadeur ons eerst wilde spreken. Nadat de seccetaresse hem anderhalf uur had laten wachten werd hij weggestuurd om de volgende ochtend om half tien terug te komen. We wilden dezelfde dag richting Djibouti gaan rijden dus we waren ruim op tijd. Met een grote glimlach werd ons verteld dat de Ambassadeur alweer weg was en dat we s’middags om 3 uur terug moesten komen. We begrepen er niets van en legden onze haast uit. Oke dan moesten we maar wachten en misschien zou de Ambassadeur er binnen 10 minuten zijn. Na een uurtje begon hij zich af te vragen of we Wobbel wel op een veilige plek hadden geparkeerd en ging een kijkje nemen. Ons garage hok was opengebroken en de compressor, een tuinslang en een krik was weg. Buiten dat was het luik helemaal gesloopt. Hij verplaatste Wobbel naar de ingang van de Ambassade om verdere inbraak te vookomen...Vrolijker werden we er niet van. Na 3 uur wachten riep de secetarrese ons en moesten we mee naar de wachtkamer van de Ambassadeur. Hier zaten we weer en half uurtje toen we ineens te horen kregen dat het in orde was met het visa. Ondanks dat we nog steeds niet met de Ambassadeur gesproken hadden en geen idee hadden waarom het allemaal zo moeizaam ging.
Een beetje opgefokt gingen we op weg richting Djibouti. Nu hadden we nog maar anderhalve dag de tijd om er te komen. Toen we s’avonds bij een hotelletje stopten voor de nacht belde Luca. De boot had vertraging tot de 11de dus we konden het rustig aan doen. Wat relaxter genoten we van de zwoele avond. We waren aardig wat meters gedaald en dit was goed te merken aan de temperatuur. Ook het nare geluidje van Wobbel was hierdoor een stuk minder geworden. We sliepen op de parkeerplaats van het hotelletje. Even waanden we ons terug in West Afrika waar de douche een leeg betonnen hokje met een grote emmer koud water is. Het werd steeds droger naarmate we naar het oosten reden. Veel mensen zagen we niet. Het gebied waar honger heerst is aan de grens van Somalie en daar zouden we niet komen. Toch vreemd dat aan de ene kant van het land alles in overvloed groeit en dat er zo’n 800 kilometer verder mensen doodgaan van de honger..... De nacht erop sliepen we bij een tankstation 40 kilometer voor de grens. Het was erg warm en voor we konden slapen spoelden we ons 2 keer af onder de koude douche.
De grenspost midden in de rotswoestijn stelde weinig voor. Een hele oude ambtenaar schreef onze gegevens in het grote boek terwijl het zweet van deze man afdrupte. De overgang naar de franse taal ging ons beiden soepeler af dan we verwacht hadden na zo’n lange tijd in Engels sprekende landen. Van Djibouti hadden we gehoord dat het erg duur is en om de een of andere reden associeerde we dit met rijkdom. Van rijkdom is echter absoluut geen sprake in Djibouti. Voordat we in de hoofdstad aankwamen was er niets anders te zien dan rotsen met hier en daar een hutje. Deze hutjes zagen er slechter uit dan de hutten die wij vroeger als kind bouwden. In de stad zelf hing de sfeer van vergane glorie. Mooie gebouwen die niet onderhouden zijn en straten vol met bedelaars. De Italianen hadden zich bij het sheraton hotel geinstaleerd. Hier mochten wij gratis op de parkeerplaast kamperen. Het was echter veel te heet om in de bus te slapen zonder airco. De Italianen hadden een regeling kunnen treffen voor een personeelshuisje. Voor ons hadden ze ook een kamer geregeld in de stad. In huis bij 4 mannen uit Sri Lanka zouden we de nachten door kunnen brengen. Toen we daar sávonds aankwamen vielen we een feestje binnen. Alle Sri Lankanen die in Djibouti werken (18) komen regelmatig samen om te klesten, te drinken en muziek te maken. We werden overvallen door een enorme gastvrijheid en voelden ons al snel thuis. Overdag zochten we alle spullen uit die we uit Wobbel mee moesten nemen en maakte hij luiken voor de ramen tegen diefstal. Regelmatig gingen we naar het kantoor van de scheepsmaatschappij want er moest nog vanalles geregeld worden. Omdat het nog maar kort voor vertrek van de boot was moesten we contant betalen. Dit betekende dat we in de snikhitte een paar dagen lang alle pinautomaten van de stad afmoesten lopen. Er kan maar een klein bedag per keer opgenomen worden en we hadden nogal veel nodig. De visum aanvraag voor India duurt in Djibouti 2 weken en dit zou te lang zijn omdat we voor Wobbel in India wilden zijn. Wij besloten om met het vliegtuig terug naar Addis Ababa te gaan voor dit visum. Zij boekte de vlucht voor de 13de s’ avonds want dan zou Wobbel toch echt op de boot staan. Ook boekte ze een ticket naar India voor de week erop. Het was een week in Djibouti van rennen en vliegen. In ongeveer 40 graden extra vermoeiend. Als we s’avonds terugliepen naar het huis van de Sri Lankanen, struikelden we over de zwervers waarvan vele jonge moeders zijn. Niet een land waar we lang wilden blijven. Maar met de Sri Lankanen hadden we erg veel plezier. Op onze laatste avond werd er weer vollop gefeest en bezochten we een nachtclub tot in de kleine uurtjes. Terwijl wij daarbinnen waren had het geregend. De straten stonden volledig blank en de auto hield er halverwege mee op. Tot onze knieen in het water duwden we de auto van de weg. Heel bizar, zeker als je bedenkt dat het maar 6x per jaar regent in Djibouti.
De 13de ging de boot nog niet weg. Het zou de 15de oktober worden. Omdat alles op papier al geregeld was kon Luca ook Wobbel naar de haven rijden en waren wij vrij om terug naar Addis Ababa te gaan. Bij Wims Holland House werden we hartelijk ontvangen en trokken we in een kamer. Nadat we de volgende dag onze visum aanvraag bij de Ambassade van India hadden ingediend dachten we eindelijk te kunnen relaxen. Mis! Er kwam dezelfde dag nog een paniek telefoontje van Luca. Van zijn contact in India was er een mail gekomen. Hierin werd met klem afgeraden om de auto’s op de boot te laden omdat de haven waar de boot zou aanleggen geen prive auto’s toestaat. Een dag voordat de boot zou vertrekken kregen we dit nieuws en even zaten we allemaal met de handen in ons haar. Moesten we het risico nemen dat het wel goed zou komen of opnieuw beginnen met een boot zoeken. We zouden er een nachtje over slapen en ondertussen informatie verzamelen. De volgende dag bleek het verhaal wel echt te kloppen waardoor we eigenlijk geen andere keus hadden dan de boot zonder de auto’s te laten vertrekken. Het was een erg vreemd gevoel voor ons dat Wobbel nu nog in Djibouti staat en wij een land verderop zijn. We vertelde het verhaal aan Wim en hiermee kwam snel een oplossing in zicht. Wim kent de hoge baas van de Ethiopische scheepsmaatschappij, pakte de telefoon en maakte een afspraak voor ons. Deze meneer Ambecho had heel lang in Nederland gewoond en sprak onze taal. Er werden wat telefoontjes gepleegd en het proces werd in gang gezet in een mum van tijd. Omdat dhr. Ambecho een zwak heeft voor Nederlanders en avonturiers kregen we ook nog eens een korting van 50%!! En weer moet er vanalls geregeld worden, de tickets naar India geannuleerd en papieren voor de verscheping opnieuw geregeld. . Ondertussen was broeder Baarslag in Nederland druk bezig ons carnet te verlengen en met DHL naar ons te verzenden. Dit moet een verwarrende aangelegenheid geweest zijn want om de paar dagen twijfelde we of het naar Addis of Djibouti moesten laten sturen. Dit document hebben we gelukkig vrij eenvoudig in handen gekregen waarvoor we onze regelbroer erg dankbaar zijn!!
Het is wat onduidelijk wanneer de boot precies gaat vertrekken. Waarschijnlijk pas het eind van deze maand of begin van de volgende. Het ziet er echter naar uit dat wij niet terug hoeven naar Djibouti omdat ook deze maatschappij het prima vindt als Luca Wobbel naar de haven brengt . En ach Addis Ababa is niet onze favoriete stad maar vermaken we ons in Wims Holland House met kletsen, sjoelen en zwikken. Wim en zijn vrouw Rahel geven ons het gevoel een beetje thuis te zijn en al het personeel zorgt goed voor ons. Het regenseizoen is afgelopen en het zonnetje schijnt volop. We zien er wel erg naar uit om in India weer hereningd te worden met onze Wobbel en hopen dat deze verscheping verder soepel verloopt!!!
Met de verandering van continent is er gelijk een verandering van website. Het volgende verslag kunnen jullie lezen ( en veel meer foto’s en video’s zien) op:
www.marjaenpaul.reislogger.nl
-
20 Oktober 2011 - 13:25
Jan En Marg:
aloha gij avonturiers,
hebben jullie geen bergen en modder om je door heen te wobbelen, dan gaan jullie wel door berg en dal met alle bureaucratische grapjasserij...... ben benieuwd of het lukt met de reparatie met wobbel anders zal regelbroer misschien een andere list moeten verzinnen.... alle goeds en plezier in die nieuwe omgeving.... wij kijken uit naar jullie volgende reisverslag
groetjes,
jan en marg -
22 Oktober 2011 - 10:01
Hanneke:
Ha mensen,
Met veel plezier weer jullie site gelezen en zie dat jullie snel naar India vertrekken, ga zelf 8 november naar Sri Lanka en zit er over te denken met de boot naar India te gaan. Wel erg leuk jullie ergens te ontmoeten indien mogelijk. Neem geen laptop mee maar zou wellicht een idee zijn de op dat moment geldende tel nummers uit te wisselen (als juliie het ook leuk vinden uiteraard)
hoop dat het gaat lukken
groetjes en succes met de oversteek
liefs Hanneke -
31 Oktober 2011 - 23:05
Renate:
Ik heb de nieuwe site alweer onder mijn favorieten hoor, benieuwd naar het vervolg en de reis van Wobbel! ;-)
Liefs uit Nederland,
Renate
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley