Noord Zambia en spannend in Malawi
Door: Marja
Blijf op de hoogte en volg Marja & Paul
16 September 2010 | Malawi, Mzuzu
We gingen naar Samfya, een klein gezellig plaatsje aan een groot meer. Er stond een groot bord met camping aangegeven en na dit gevolgd te hebben kwamen we bij een verlaten pand aan het water. Bijna waren we weer omgekeerd toen bleek dat er wel een beheerder aanwezig was die ons erg graag op de “camping’ wilde hebben. Voor een appel en een ei bleven 2 nachten aan het strand. Van Max, de beheerder, kregen we een rondleiding door de verlaten panden en hij voelde zijn handen flink jeuken. Het pand bleek echter nog verhuurd te zijn en van verkopen was op dit moment geen sprake.
Het meer is zo groot dat we ons aan de zee waanden, helaas konden we er vanwege de krokodillen niet zwemmen.
Hij ontdekte dat er weer een bladveer van de schokdemper was afgebroken, maar deze keer de belangrijkste, zodat we in het dorpje op zoek moesten naar een garage. Al lopend door het dorpje merkten we gelijk dat in dit deel van Zambia nauwelijks toeristen komen. Overal werden we aangestaard en na gekeken en het was weer even wennen om zo in de belangstelling te staan. Het was helemaal slikken dat ons meerdere malen gevraagd werd of de 27 jarige Matthieu onze zoon was. En dat zou later nog veel vaker gebeuren..
Nu bleek Matthieu haar onhandigheid in zijn genen te hebben en zijn kleur ogen..
Een garage met onderdelen was er helaas niet te vinden in het dorp. Wel kon er in het dorp gelast worden en we maakten een afspraak voor de volgende dag.
In een uurtje was het gebeurd zodat we nog dezelfde dag naar een grotere plaats konden rijden in de hoop daar wel nieuwe schokdempers te vinden. Tegen de avond kwamen we in Mansa aan en na wat navragen vonden we een gastverblijf met een hele grote tuin. We vroegen of we daar mochten kamperen voor de nacht. Dit leek wel een heel erg moeilijke vraag voor de vriendelijke manager en er moest contact gezocht worden met de grote baas. Na veel geaarzel mocht het uiteindelijk wel. Toen we de volgende dag heuveltje op de stad in reden zagen we 4 mannen ploeteren om hun auto tegen de steile helling op te duwen. We stopten en boden ze aan de auto achter Wobbel te slepen waar ze dankbaar gebruik van maakten. Eenmaal in de stad vroegen we de mannen gelijk naar een garage waar we nieuwe schokdempers zouden kunnen vinden. De bestuurder van de auto, Obby, liet zijn eigen kapotte auto in de steek en nam ons mee van de een naar de andere garage net zolang tot we de juiste hadden gevonden.
Hij wilde de schokdemper er zelf onder zetten op de volgende plaatst waar we zouden stoppen. Er was nog een groot meer in het noord westen van Zambia en daar wilden we naartoe. De weg was slecht zodat we niet snel vooruit kwamen en we besloten weer in de natuur te slapen voordat het donker werd. We reden een bospaadje in en vonden een leuk plekje naast het pad. Na een poosje hoorden we muziek en mensen en dat leek niet ver van ons vandaan te zijn. Het was al donker en ook best fris zodat we binnen bleven voor het eten en een spelletje. Op een gegeven moment hoorden we heel dichtbij stemmen in een taal die we niet verstonden maar het was toch duidelijk dat er naar ons geroepen werd. We gingen kijken en er stond een groepje mannen en kinderen naast Wobbel. Een ervan sprak gelukkig Engels en het bleek dat hun dorpje vlakbij was. De kinderen hadden ons gezien en nu wilden de dorpsbewoners graag weten wat er aan de hand was. Ze waren bang dat er moordenaars waren vertelde de man ons. Nadat we hun verzekerd hadden dat we niks kwaads in zin hadden en dat we de volgende ochtend langs zouden komen leek de man gerustgesteld.
Misschien hadden we wel een kado voor hen want waar blanken zijn is geld is het gezegde in Zambia, zei de man voorzichtig.
We hadden nog kinderkleding, schoenen en zeepjes bij ons die we de volgende ochtend gingen brengen. We werden hartelijk ontvangen in een piepklein dorpje met 4 huizen en heel veel rondrennende kinderen. Op zulke momenten is het erg jammer dat we de lokale taal niet kennen en niet echt een uitgebreid met de mensen kunnen praten.
In Nchelenge aan het Baluenge meer vonden we weer een plekje pal aan het strand maar weer kon er niet gezwommen worden vanwege krokodillen. Hij ging samen met Matthieu aan de slag om de schokdemper te vervangen. Dit ging niet erg soepel en luid gemopper haalde haar regelmatig uit haar boek. Na uren sleutelen, wrikken en timmeren zag hij er weer blij uit en leek het allemaal in orde. Totdat hij onder de auto kroop en zag dat de remleidingen geraakt waren tijden het monteren. Dus nu hadden we weer goede schokdempers maar geen rem…
Het plaatsje waar we waren was erg klein en er was duidelijk geen garage. Cathrien van de camping vertelde ons echter dat er 3 kilometer verderop een grotere plaatst was met garages.
Voorzichtig reden we de volgende dag die 3 kilometer en binnen 5 minuten hadden we een plek gevonden waar ze de remmen konden maken. Dat was een hele opluchting want we hadden er al een beetje op gerekend dat we een heel eind zouden moeten rijden zonder remmen. Het leek weer op West Afrika waar er altijd minstens tien man omheen staan als er aan een auto gesleuteld word. Het ging sneller dan we dachten en na 2 uurtjes konden we weer op weg. Nu was het asfalt geheel verdwenen en de “nieuwe” en de oude schokdemper van Wobbel hadden het zwaar te verduren. Het was een erg dichtbevolkt gebied waar we doorheen reden. De mensen leken erg verast om blanken te zien en zwaaiden vaak enthousiast. Een man op een fiets was zo verwonderd dat de weg vol met gaten en hobbels aan de aandacht van zijn ogen ontglipte en van zijn fiets viel. Gelukkig kwam de fietser zacht terecht in het zand.
We kwamen weer bij een waterval en omdat het toen al begon te schemeren besloten we daar wel te overnachten. Het was een prachtige plek en als het niet zo duur was geweest waren we er zeker een weekje gebleven. Voordat we de volgende dag vertrokken ging hij met Matthieu proberen om te vissen bij de waterval. Volgens de camping beheerder zaten er genoeg maar helaas beten ze niet. Rond het water vlogen hele grote vlinders in allerlei bonte kleuren en verschillende vogels. We testen het water van de rivier met onze watertester en dit bleek schoner te zijn als het water wat we in de winkel gekocht hadden. Hierdoor voelde het veilig genoeg om onszelf in de rivier te wassen en de watertank ermee te vullen.
Lang bleven we niet schoon door al het stof op de onverharde weg. Ons huisje blijkt door al de klappen die het heeft moeten opvangen op veel plekken ontzet te zijn. Door de kieren die hierdoor zijn ontstaan komt zoveel stof naar binnen dat we er na een dag rijden bijna een zandbak mee kunnen vullen.
Na een aantal vermoeiende dagen rijden kwamen we in Mpulungu helemaal in het noorden. Weer aan een groot meer wat grenst aan Zambia, Congo,Tanzania en Burundi. De camping was erg leuk en de eigenaresse genaamd Charity ook. Hier konden we even bijkomen en ons huisje weer even lekker schoon maken. In het stadje zelf hing een beetje een vreemde sfeer. Waarschijnlijk omdat er vooral zakenlui van de verschillende landen aanwezig zijn. Er waren een paar restaurantjes en cafe’s en we gingen op verkenning uit. Het Engels was echter bijna niet te verstaan en het was ons niet duidelijk of dit door slechte scholing of dronkenschap kwam. In ieder geval was het lastig om een gesprek met de mensen aan te knopen.
Matthieu zou hier de boot naar Burundi nemen en wij wilden naar de grens van Malawi rijden. Na een paar gezellige dagen reden we naar de haven om Mattieu met bagage af te zetten en afscheid te nemen. Eenmaal bij de boot kreeg Matthieu een akelig gevoel over de bemanning van de boot en vroeg ons nog een lift tot de grens van Tanzania. We schoten in de lach en vroegen ons hardop af of onze “lifter’ uit Reunion van plan was om ooit nog te vertrekken. Nee het was echt nog maar twee dagen tot de grens van Tanzania. We waren zijn gezelschap nog niet beu dus zagen geen reden om te weigeren.
Weer gingen we een onverharde weg op en deze was nog slechter dan de vorige. De hele dag schudde we door elkaar heen en het stof vloog om onze oren. We vonden een plekje voor de nacht valk bij het huis van Jimmy. Deze hield ons s’avonds gezelschap bij een kampvuurtje en vertelde over zijn gezin en het land. De volgende ochtend kwam Jimmy terug en we dronken samen wat. Haar oog viel op een flinke infectie op zijn voet en haar zuster instinct kwam boven. Het zag er niet goed uit en na de voet verzorg te hebben liet ze Jimmy beloven de volgende dag naar het ziekenhuis te gaan. Of deze belofte nagekomen word is de vraag want het gezondheidsstelsel is er iets anders als in Europa waardoor veel Afrikanen veel te lang wachten met een bezoek aan de dokter.
Eindelijk kwamen we weer op het asfalt in de grensplaats Nakonda. Nog maar net geïnstalleerd kreeg zij een telefoontje uit Nederland. Haar moeder was n.a.v een hartinfarct opgenomen in het ziekenhuis en dat was even flink schrikken. Toen ze later die avond haar moeder zelf aan de telefoon kreeg was ze erg blij. We wilden bereikbaar blijven maar ons visum verliep dus we moesten het land uit.
Na een overnachting daar namen we na 5 weken afscheid van onze zoon” en reden opnieuw over een onverharde weg naar Malawi. Over een kleine honderd kilometer deden we 3 uur. We hadden op de kaart gezien dat de grensposten in een klein dorpje waren. Een stuk voor dit dorpje was een slagboom waar een man ons vroeg of we in Nakonde waren geweest. Dat waren we dus we antwoorden van ja. Daarna werd de slagboom direct opengemaakt en konden we doorrijden. Een aantal kilometer verder was er opnieuw een slagboom met een militair die ons welkom in Malawi heette. Voor de formaliteiten moesten we nog een stukje verder maar we begonnen wel te vermoeden dat we de Zambiaanse grenspost gemist hadden.
Toen we even later bij de immigratie aankwamen kregen we dit bevestigd. De douane vertelde ons vriendelijk maar duidelijk dat we het land niet in konden zonder uitstempel van Zambia. De officiële grenspost was in Nakonde, 3 uur heel hard heen en weer wobbelend terug. De moed zonk ons even in de schoenen. De Douane Ambtenaar had het met ons te doen en stelde voor om te proberen of we bij de inofficiële overgang stempels konden krijgen. Dit was maar 10 kilometer terug. Daar aangekomen reageerde de man erg verrast, er was ons toch gevraagd of we in Nakonde waren geweest. Ja maar niemand had ons verteld dat we daar moesten wezen voor de uitstempels. Gelukkig kon deze man ons helpen, in ieder geval voor ons paspoort. Het carnet voor Wobbel moest door customs geregeld worden en dat ging daar niet. We besloten niet terug te rijden hiervoor, overal komt ten slotte altijd een oplossing voor.
In Malawi was het allemaal zo geregeld en we koersten richting stad. Tenminste dat dachten we. De weg was ook hier erg slecht en op een kruising vroegen we of we op de goede weg zaten. Niet dus, we hadden een afslag gemist en hierdoor 20 kilometer omgereden. Dit lijkt niet veel maar op een soort van geitenpad gaat hier behoorlijk wat tijd in zitten. Na een poosje kwamen we in de bergen en het uitzicht was schitterend. We hadden geen idee hoelang we nog moesten rijden en het begon al laat te worden. Hij stelde voor om de auto voor de nacht langs de kant te zetten. Zij wilde graag naar de stad om naar Nederland te bellen en hoopte op de volgende top de stad te zien. Hij gaf aan dat we nog wel 20 minuten door konden rijden voor het donker werd. De avond valt in Afrika echter erg snel en zeker in de bergen zodat we ineens in het donker over de onverharde weg door de bergen reden. Voor de zekerheid vroegen we aan een voetganger hoe ver het nog was en we bleken weer een afslag gemist te hebben. In het donker een plekje voor de nacht zoeken leek geen goede oplossing omdat we dan niet goed kunnen zien of we niet wegzakken in de berm. Uiteindelijk kwamen we na een spannende rit in het donker in Karonga. Te laat om nog een simkaartje te kopen. Bosco, de bewaker van de camping gaf haar tegen betaling zijn telefoon te leen. Na een kort maar enigszins geruststellend telefoontje naar Nederland gingen we onze eerste nacht in Malawi uitgeput naar bed.
De volgende dag gingen we naar het centrum om een verzekering voor Wobbel af te sluiten en boodschappen te doen. Om de eerste hoek werden we echter al aangehouden door de politie en werd er naar onze verzekering gevraagd. Na veel praten konden we zijn rijbewijs bij de agent achterlaten en deze op komen halen als we de verzekering geregeld hadden. Dit was zo gebeurd en we reden terug naar het politie bureau. Het was erg groot en het duurde lang voordat we de juiste agent gevonden hadden. Dit leverde ons ook nog een onaangename blik op de gevangenis op die overvol was. Nadat we onze verzekeringspapieren lieten zien mochten we vertrekken. De rest van de dag besteedde we met het schoonmaken van ons huisje wat weer erg nodig was. Het telefoonnetwerk in Malawi blijkt erg slecht te zijn wat maakt dat zij zich in deze situatie wel erg ver weg voelde. Maar ja ondanks dat iedereen hier een telefoon heeft blijft het wel Afrika waar alles erg onregelmatig werkt.
De volgende dag reden we naar Livingstonia waarvan we hadden gehoord dat er een hele mooie camping zit. De weg ernaar toe bleek alleen een ramp te zijn. Een erg smal onverhard pad wat steil omhoog ging door de bergen. Eigenlijk totaal niet geschikt voor een 2 wiel aangedreven auto. Zij stond letterlijk doodangsten uit en ook hij vond het spannend. Het pad was smal zodat omkeren ook geen optie was en we hielden onze vingers gekruist dat we geen tegenliggers tegen zouden komen.
Er leek geen einde aan te komen en zij was verwonderd dat ze haar broek droog had gehouden. Eenmaal boven dacht ze dan ook dat we hier maar moesten blijven wonen want de terugweg zou waarschijnlijk nog spannender worden. Over de camping was niets teveel gezegd. Vanaf een dek kun je er kilometers ver over de bergen en het meer kijken. We zaten nog een beetje na te trillen onder het genot van een drankje toen de Belgische eigenaar ons tot onze grote opluchting vertelde dat er een ander, betere weg naar beneden is.
Toen konden we lekker ontspannen op deze mooie en gezellige plek. Er waren toevallig veel Nederlanders en Belgen zodat we in onze eigen taal konden kletsen.
De lange enge rit en de oase van rust op deze plek doet ons besluiten om minstens een weekje te blijven. Het is een mooi gebied om rond te wandelen en te genieten van het uitzicht. Auke de Belgische eigenaar van het Lukwe Eco Camp maakt ons enthousiast om eens te gaan onderzoeken welke mogelijkheden er voor ons in Malawi zijn.
We ontmoeten vakantiegangers, reizigers en mensen die werken in Malawi zodat we heel diverse en interessante verhalen te horen krijgen.
Nadat we weer een beetje bijgekomen zijn van het vele reizen en de spanning van de slechte wegen gaan we de rest van Malawi eens bekijken.
Het vertrekken bij Luwke was ook weer werken. We konden niet genoeg vaart maken op de steile helling maar met stenen achter de banden en steeds opnieuw optrekken kwamen we met behulp van Auke uiteindelijk toch boven. Nu gaan we langs het meer richting zuiden.
-
16 September 2010 - 12:46
Mama.Gelukkig.:
Dat ik weer wat gelezen heb,dat jullie het nog steeds naar de zin hebben,En dat jullie gezond zijn !!!Geniet van alles.Liefs Mama. -
16 September 2010 - 20:18
Hans:
Hey,
Blij voor jullie dat het ondanks de spannende ritten en wobbelpech toch nog vooruit komen. Hoop ook dat het met haar moeder weer beter gaat.
Er zitten weer een stel mooie foto's tussen!
Groetjes!
HMMFL -
17 September 2010 - 17:13
Toon & Monique:
Pfff... hoe had je je dat voorgesteld??? Een heel eind rijden zonder remmen??? Ben blij dat jullie nu veilig in Malawi zijn aangekomen en de foto's bij de waterval en het terrasje zijn echt magnifiek!
Dikke kus van ons 4!
Toon, Monique, Ilana & Myronne -
18 September 2010 - 01:20
Petra:
Voor nu,(in het holst van de nacht)bedankt voor je bijzondere verhaal,ik heb het net gelezen,wanneer ik uit de nachtdienst ben stuur ik je weer een uitgebreide mail!Liefs xxx -
18 September 2010 - 13:53
Karin:
Hoi schatjes,
Met mama gaat het goed.Ze levert een beetje in op haar conditie maar dat is logisch. Hier gaan we mee aan de slag. We wandelen drie keer per week naar het bejaarde huis ,om daar lekker te eten en te kletsen. Mooie foto s hoor .
Dikke kus en ik probeer soms te bellen.
Groetjes Karin. -
25 September 2010 - 19:21
Ellen:
Lieve P&M, ook al horen jullie niet zo veel, ik denk vaak aan jullie. Pas goed op elkaar, liefs! -
01 November 2010 - 22:58
Ursula:
Wow, wat een verhaal! Ik hoop dat het met mama nog steeds stijgende lijn gaat en het goed gaat met haar gezondheid?! Ik vind de foto met de VLINDERS fantastisch!!! Zeker ook omdat ik sinds 2 maanden zelf aan het fladderen ben in mijn vlindertuin :-)! Ik ga jullie mailen om bij te kletsen ;-)! Hoe is het nu bij jullie: ben benieuwd of Malawi jullie aandacht nog heeft? Knuffels Xxx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley